oscar et la dame rose


OSCAR ET LA DAME ROSE

 

1.       Welk fragment van de film heeft je sterk aangegrepen? Waarom?

Het moment dat de ouders te horen krijgen dat hun zoon stervende is en ternauwernood het einde van het jaar zal halen. Vooral ook het feit dat ze op dat moment ook niet naar hun zoon toe wilden, ondanks dat hen die mogelijkheid werd geboden, kwam heel hard aan.

Het is uiteraard menselijk en begrijpelijk dat zoiets je overvalt en je misschien eerst zelf het slechte nieuws moet verwerken , of er op zijn minst even moet aan wennen, maar ik zou dit anders aanpakken. Het drastische aan deze film is ook gewoon dat er niet veel tijd is om na te denken of te wennen, want het gaat hier toch over slechts een paar dagen die hij nog te leven heeft.

2.       Mocht je te horen krijgen dat je nog twee maanden te leven hebt, hoe zou je hierop reageren? Hoe zou je je laatste levensmaanden invullen?

Ik zou er ongelooflijk het hart van in zijn en me in eerste instantie waarschijnlijk in zelfmedelijden wentelen, maar algauw zou ik me realiseren dat het nog erger is voor mijn nabestaanden. Mijn kinderen, echtgenoot, ouders, broer en zus, familie en kennissen zouden evenzeer met dit verlies moeten omgaan.

Ik zou die laatste 2 maanden echt volop willen genieten van elk moment. Ik zou mezelf vervloeken dat dit moest gebeuren vooraleer ik inzag dat ik zoveel miste van mijn gezin, door gewoon altijd te denken “ later komt ook nog”. Plots is het dan later en besef je dat je niet voldoende of intens genoeg hebt genoten.

Vandaar dus dat ik zeker elke dag zou beleven alsof het de laatste is. Ik zou voor elk van mijn kinderen een persoonlijk attribuut maken. Iets wat hen aan mij doet herinneren, aan de leuke momenten die we samen beleefden.

Het zou me heel zwaar vallen, maar toch zou ik heel eerlijke willen vertellen over hoe ik me voel en wat ik denk.

Ook hun gevoelens moeten daarbij aan bod komen, alleen zo kan je samen genieten van wat ons nog rest.

3.       Mocht je ongeneeslijk ziek worden, zou het geloof je kunnen helpen denk je?

Ik denk het wel. Natuurlijk zou ik eerst het geloof voor bekeken houden, als natuurlijke reactie op het slechte nieuws, maar naarmate ik eraan zou wennen, denk ik dat ik het wel nodig zou hebben om door te gaan.

Het zou me sterken te geloven dat er nog iets is na dit Aardse leven. Het idee weer samen te komen met je dierbare overledenen zou ik nodig hebben om te aanvaarden dat mijn tijd hier gekomen is. Het is gewoon geen optie voor mij om te denken dat het leven hierbij stopt.


4.       Bespreek die vraag ook met een ouder iemand. Wat vind je zinvol in zijn of haar antwoord?


Ik merk dat oudere mensen nog meer gesterkt worden door hun geloof in zo’n moeilijke periode.

Voor hen is dit de enige strohalm die ze nog kunnen vasthouden.

Mijn grootouders en (schoon)grootouders geloven heel sterk en dit is niet weg te denken uit hun dagelijkse leven. Bij ziekte en gezondheid hebben zij steeds oog voor God, net zoals bij het overlijden van hun dierbare echtgeno(o)t(e).

5.       Wat vind je van de uitleg over God en het lijden, die madame Rose vertelt aan Oscar? (zie tekst) Leg je mening uit.

 

6.       Welk beeld van Christus past het best in de kapel waarvan sprake in de film en het boek (zie tekst)?Leg je antwoord uit.


Het beeld zoals op de eerste afbeelding.

Oscar verwoordt heel mooie hoe hij schrok van het uitgemergelde lichaam, de wonden, de doornkroon en het volledig verzwakte lichaam.


7.       Met welke zinnen uit de tekst ga je akkoord? Haal deze zinnen aan en schrijf ze hieronder beknopt over.


Maar als ik hem was, als ik God was, als ik net als hij de mogelijkheden had, zou ik ervoor hebben gezorgd dat ik geen pijn hoefde te lijden. ( ik zou er ook voor zorgen dat er geen leed op de wereld was, maar uiteraard is dit utopisch)

 
Niemand kan ervoor zorgen dat hij geen pijn hoeft te lijden. God net zomin als jij. Je ouders net zomin als ik.
 

Precies. Er zijn twee soorten pijn, lieve jongen: lichamelijke pijn en geestelijke pijn. Lichamelijke pijn onderga je. ( ik ga akkoord met dit stukje van de zin)

 
Mensen zijn bang om dood te gaan omdat ze benauwd zijn voor het onbekende

 
Hij zegt steeds weer tegen zichzelf: het doet pijn, maar er zijn ergere dingen. Daar gaat het om! Dat is het voordeel van je geloof. Dat wilde ik je laten zien! ( hiermee ga ik akkoord, omdat ik overtuigd ben dat wanneer je beseft en realiseert dat het altijd nog erger kan, hetgeen je overkomt net iets draaglijker wordt. Het neemt de pijn niet weg en  hij wordt er ook niet minder van, maar jijzelf kan er net iets beter mee om)

 
Eigenlijk ben ik niet bang voor het onbekende. Ik vind het alleen vervelend om de dingen die ik ken kwijt te raken.


8.       Met welke zinnen uit de tekst ga je niet akkoord? Haal deze zinnen aan en schrijf ze hieronder beknopt over.

. Maar bij het idee dat je doodgaat, hoef je geen pijn te voelen. Je weet niet wat het is. Dat hangt dus van jezelf af.( het is vooral het besef dat je je nabestaanden niet meer gaat zien, je kinderen niet zal zien opgroeien dat ervoor zorgt dat je pijn hebt. Het besef dat je zoveel mooie momenten zal moeten missen)

 
Op haar sterfbed lag ze vol verlangen te glimlachen, ze was ongeduldig, ze wilde zo snel mogelijk weten wat er ging gebeuren.( ik ga niet akkoord want dit is een te banalisering van het wachten op de dood)

Zo zie je maar: ze is toch doodgegaan, net als iedereen, maar het idee dat ze zou sterven heeft haar leven verpest.( hiermee ga ik deels akkoord en deels niet. Het is te simplistisch om te stellen dat ze haar leven verpestte door het idee dat ze zou doodgaan, het is eerder het feit dat je doodgaat en het idee dat je zoveel zal moeten missen , dat ervoor zorgt dat je leven verpest wordt)

 
Kijk naar het gezicht van God aan het kruis: hij ondergaat de lichamelijke pijn, maar hij heeft geen geestelijke pijn, want hij heeft vertrouwen. Daarom doen de spijkers hem minder pijn

( ik ga niet akkoord, want de spijkers in zijn hand veroorzaken sowieso een helse pijn. Vertrouwen hebben neemt heus je pijn niet weg, je pijn is afhankelijk van je pijngrens en heeft niets vertrouwen te maken)

 
9.       Hoe gaan Oscar, zijn ouders, madame Rose  en het medisch personeel elk afzonderlijk om met lijden/dood? Met welke reactie kan je je het beste vinden? Met welke juist niet? Leg uit.

 
Oscar vindt het vooral intrigerend en is nieuwsgiering naar die onbekende wereld. Hij stelt natuurlijk menselijke vragen als” waarom ik” en “waarom zo jong”, maar hij is terecht geïnteresseerd in het hiernamaals en wil vooral de dagen die hem nog resten zijn dromen waarmaken. Denk maar aan het huwelijk met zijn vriendinnetje, het bezoekje aan God,.

Hij begrijpt ook niet waarom zijn ouders zo raar doen en beslist om hen ook niet langer rond zich te willen hebben als ze toch zo afstandelijk doen. Later breekt gelukkig het ijs waardoor Oscar nog mooie momenten beleeft, samen met zijn ouders.

 
De ouders hebben heel wat meer tijd nodig dan Oscar zelf en verwerken het eerst alleen, zonder Oscar( daar kan ik me niet zo goed in vinden, want als ouder ben je er nu eenmaal om over je kind te waken en het bij te staan in moeilijke tijden). Wanneer ze dan toch de moed hebben om hem te bezoeken, proberen ze halsstarrig te doen alsof er niets scheelt en gaan ze alle problemen uit de weg( ga ik ook niet mee akkoord, want kinderen voelen het aan als je iets achter houdt of je anders voordoet dan je bent. Kinderen gaan voor eerlijkheid en slechts op die manier win je hun vertrouwen). Als ze merken dat dit helemaal niet werkt en dat Oscar hen mijdt, keert het tij en kunnen ze zich toch kwetsbaar opstellen tov hun zoon.( dit hadden ze van het eerste moment moeten doen)


Madame Rose gaat met Oscars dood om alsof het een doodgewone zaak is. Iets wat je gewoon moet aanvaarden en waar je er verder geen vragen bij moet stellen.

Gaandeweg smelt haar hart voor deze jongen en vertelt zij hem de sprookjesachtige worstelverhalen om hem wijsheden bij te brengen en zijn dood iets luchtiger voor te stellen.

Anderzijds vindt zij de oplossing om, via zijn brieven naar God, zijn ideeën, gevoelens en verlangens, te achterhalen.( ik vind het heel sterk hoe zijn omgaat met gevoelens en gedachten gang naar Oscar toe. Ikzelf zou niet zo’n ijskoningin kunnen zijn, maar Oscar heeft precies wel nood aan iemand die hem gewoon durft zeggen hoe het er voor hem uitziet)

 
Het medisch personeel schuift eigenlijk alle zorgen, behalve de strikt medische, van zich af door La Dame Rose in te schakelen als klankbord. Ze zijn ten einde raad en zoeken dan maar hulp bij haar.( ik vind het wel heel meevoelend van het personeel dat ze om hulp zoeken, maar anderzijds zouden de strikte medische regeltjes bij een ongeneeslijk terminaal kind wel heel wat soepeler mogen worden nageleefd)

 
10.   Kan je je voorstellen dat brieven schrijven iemand kan helpen, zelfs al schrijft die niet terug? Waarom wel/niet? Wat helpt jou als je het moeilijk hebt?


Iets op papier zetten is de helft van je verwerkingsproces. Het is soms heel makkelijk om te denken dat je alles al wel weet en je het eigenlijk niet meer hoeft op te schrijven, maar het is tevens heel confronterend om je gedachten en gevoelens op papier te zetten. Zolang het je gedachten blijven, zijn ze van jou en zitten ze veilig opgeborgen, maar zodra je ze neerpent, worden ze tastbaar, leesbaar en openbaar.

Het is dus een heel grote stap in je verwerking om dit te doen.

Voor mij persoonlijk helpt muziek me door moellijke momenten en helpt huilen en me kwetsbaar kunnnen opstellen bij een dierbare.

In een emotionele bui vloeien de woorden letterlijk uit mijn pen, maar ook bij een heel euforisch moment.

Ik kan in schrijven mijn gevoelens en gedachten kwijt, zodanig dat het me helpt te verwerken, te realiseren en te relativeren.


11.   "Ik geloof dat je, wanneer je een ernstig onderwerp wil aansnijden, licht moet zijn. Licht zijn, betekent niet het onderwerp ontwijken, maar wel het onderwerp laten ademen." Eric-Ammanuel Schmitt. Geef een aantal voorbeelden van hoe de schrijver/regisseur zowel in het verhaal zelf, als in de beelden en techniek van de film allerlei middeltjes heeft toegepast om het onderwerp lichter te maken.


De voorstellingen van de verhalen van La Dame Rose over haar worstelverhalen zijn heel onrealistisch, maar voor Oscar heel leuk. Het zorgt ervoor dat hij leuke momenten beleeft.

Ook voor de kijkers van de film is het een leukere interactie, maar soms te fel overdreven.

In het verhaal zelf neutraliseert La dame Rose telkens alle zwaarwichtige vragen die Oscar stelt. Ze doet ze van de hand als zijnde alledaags;


12.   Apprecieer jij de sprookjesachtige benadering? Leg uit.


Ik begrijp het en respecteer die sprookjesachtige voorstelling, maar ik vind het soms te ver gaand. Ik besef wel dat het ervoor zorgt dat het “ziek zijn” iets draaglijker wordt daardoor.


13.   Let op de kleuren in de film. Wat valt op? Wat is de betekenis daarvan?

 
Eigenlijk is de kleur vrij eentonig, behalve de kledij van La DameRose , de kleur van de huid van zijn vriendinnetje en de kleur van de enveloppes van zijn brieven aan God, de spektakelshows van het worstelen.


Volgens mij symboliseert het de belangrijke zaken in het leven van Oscar tijdens zijn laatste dagen.

La Dame Rose vulde zijn dagen , net zoals zijn liefde voor zijn vriendinnetje als de brieven die hij schreef aan God.

 
14.   De laatste brief die Oscar schrijft, bevat slechts één zin: "Enkel God mag me wakker maken". Wat bedoelt Oscar volgens jou met deze zin?


Volgens mij weet Oscar onderhand al dat zelfs God niet alles zelf kan bepalen en in handen heeft. Hij is zich heel sterk bewust van de beperkingen die zelfs God heeft op dat vlak.

Hij bedoelt volgens mij dat hij nooit meer wakker zal worden en dat alleen God, mocht die daar de kracht voor hebben, hem mag wekken. Hij zou immers de enige zijn die in de mogelijkheid is om zo’n mirakel te voltrekken. Andezijds is hij moe gestreden en wil hij enkel nog slapen nu en voor niets anders nog gewekt worden, behalve voor iets heel belangrijs als God.
-          Zullen we God eens opzoeken?

-          Ah, eindelijk, hebt u zijn adres dan?

-          Ik denk dat hij in de kapel is.

Oma Rozerood kleedde me aan alsof we naar de noordpool gingen, ze tilde me op en droeg me naar de kapel die achter in de tuin van het ziekenhuis staat, achter het bevroren grasveld – nou ja, ik hoef jou niet uit te leggen waar het is, want het is jouw huis.

Ik schrok wel toen ik je beeld zag, ik bedoel, toen ik zag hoe je eraan toe was: bijna helemaal naakt, zo mager aan dat kruis, met overal wonden, met je hoofd dat bloedde vanwege de doornen en dat je niet eens meer rechtop kon houden. Het deed me aan mezelf denken. Ik werd er opstandig van. Als ik God was, zoals jij, dan had ik mezelf niet zo laten toetakelen.

-          Even serieus, oma Rozerood: u bent worstelaarster, u bent een beroemde kampioene geweest, dan gaat u toch zeker niet in zoiets geloven?

-          Waarom niet, Oscar? Zou je meer geloven in God als je een bodybuilder zag met een getraind lijf, dikke spierbundels, z’n huid glimmend van de olie, kortgeknipt haar en een flatteus minislipje?

-          Eh…

-          Denk eens na, Oscar. Wie staat er dichter bij je, naar je gevoel? Een God die geen beproevingen doorstaat, of een God die pijn lijdt?

-          Een God die pijn lijdt natuurlijk. Maar als ik hem was, als ik God was, als ik net als hij de mogelijkheden had, zou ik ervoor hebben gezorgd dat ik geen pijn hoefde te lijden.

-          Niemand kan ervoor zorgen dat hij geen pijn hoeft te lijden. God net zomin als jij. Je ouders net zomin als ik.

-          Goed. Best. Maar waarom zou je pijn moeten lijden?

-          Daar gaat het juist om. Er is lijden en lijden. Kijk eens beter naar zijn gezicht. Kijk goed. Ziet hij eruit alsof hij pijn lijdt?

-          Nee. Dat is vreemd. Hij lijkt geen pijn te hebben.

-          Precies. Er zijn twee soorten pijn, lieve jongen: lichamelijke pijn en geestelijke pijn. Lichamelijke pijn onderga je. Maar bij het idee dat je doodgaat, hoef je geen pijn te voelen. Je weet niet wat het is. Dat hangt dus van jezelf af.

-          Kent u dan mensen die het leuk vinden dat ze doodgaan?

-          Ja, die ken ik. Mijn moeder was zo. Op haar sterfbed lag ze vol verlangen te glimlachen, ze was ongeduldig, ze wilde zo snel mogelijk weten wat er ging gebeuren.

Daar had ik niet van terug. Omdat ik benieuwd was naar het vervolg van het verhaal hield ik mijn mond en dacht na over wat ze me had verteld.

-          Maar de meesten zijn niet nieuwsgierig. Ze houden vast aan wat ze hebben, zoals een luis die in het oor van iemand met een kaal hoofd blijft zitten. Neem Plumpudding bij voorbeeld, mijn Ierse rivale, honderdvijftig kilo in haar slipje en op een nuchtere maag, vlak voordat ze haar Guinness dronk. Zij zei altijd tegen me: “Sorry, ik ga niet dood, ik ben het er niet mee eens, daar heb ik niet voor getekend.” Ze vergiste zich. Niemand had haar verteld dat het leven eeuwig zou duren, niemand! Toch bleef ze daar koppig in geloven; ze kwam in opstand, ze weigerde te aanvaarden dat ze dood zou gaan, ze werd razend, ze werd depressief, ze vermagerde, ze hield op met worstelen, ze woog nog maar vijfendertig kilo, net een visgraat, en ze viel in stukjes uit elkaar. Zo zie je maar: ze is toch doodgegaan, net als iedereen, maar het idee dat ze zou sterven heeft haar leven verpest.

-          Wat een stom mens, die Plumpudding, oma Rozenrood.

-          Zo stom als het achtereind van een varken. Maar er zijn veel varkens op de wereld. Heel veel.

Ook dat beaamde ik zwijgend, want ik was het daar helemaal mee eens.

-          Mensen zijn bang om dood te gaan omdat ze benauwd zijn voor het onbekende. Maar daar gaat het juist om: wat is het onbekende? Als ik je een raad mag geven, Oscar, wees dan niet bang, maar heb vertrouwen. Kijk naar het gezicht van God aan het kruis: hij ondergaat de lichamelijke pijn, maar hij heeft geen geestelijke pijn, want hij heeft vertrouwen. Daarom doen de spijkers hem minder pijn. Hij zegt steeds weer tegen zichzelf: het doet pijn, maar er zijn ergere dingen. Daar gaat het om! Dat is het voordeel van je geloof. Dat wilde ik je laten zien!

-          Okay, oma Rozerood, als ik in de rats kom te zitten, zal ik mezelf dwingen om vertrouwen te hebben.

Ze gaf me een zoen. Eigenlijk was het fijn om in die lege kapel bij jou te zijn, God, omdat jij er zo rustig uitzag.

Teerug in mijn kamer heb ik een hele poos geslapen. Ik heb steeds meer slaap. Alsof ik er niet genoeg van kan krijgen. Toen ik wakker werd, zei ik tegen oma Rozerood:

-          Eigenlijk ben ik niet bang voor het onbekende. Ik vind het alleen vervelend om de dingen die ik ken kwijt te raken.

-          Ik ben net als jij, Oscar.

 

Eric-Emmanuel Schmitt (vert. Eef Gratama), Oscar en oma Rozerood, Antwerpen, Uitgeverij Atlas, 2004, p. 54-59.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten